Rhizarthrose verwijst naar gewrichtsslijtage (artrose) in het duimzadel. Meestal worden beide duimen aangetast. Rhizarthrose komt vooral voor bij vrouwen na de leeftijd van 50 jaar. Lees meer over oorzaken, symptomen en behandeling van rhizarthrose!
Rhizarthrosis: algemeen
Bij een rhizarthrose is het duimzadelgewricht versleten. Dit gewricht zit aan de basis van de duim in de buurt van de pols. Het verbindt de Great Polygonail (een handwortelbeenderen) met het eerste metacarpale bot. Dit metacarpale bot wordt vervolgens via een gewricht verbonden met de eerste van de twee vingerbotten van de duim.
Rhizarthrose is de meest voorkomende artritis in de hand. Tegelijkertijd slijten vaak ook andere gewrichten, bijvoorbeeld andere vingergewrichten. Artsen spreken dan van een polyartrose.
Als u meer wilt weten over gewrichtsslijtage, lees dan het artikel Artrose.
Rhizarthrose: symptomen
De artrose in het duimzadelgewricht veroorzaakt de getroffen persoon pijn in het gewrichtsgebied. De klachten doen zich vooral voor bij grijpende en draaiende bewegingen. Dergelijke bewegingen zijn bijvoorbeeld nodig om een sleutel in het slot te draaien of om het deksel van een schroefpot te openen. Met een “artrose-duim” is dit in ernstige gevallen nauwelijks mogelijk vanwege de pijn. Bovendien wordt de duim steeds beperkter in zijn mobiliteit.
Veel patiënten melden ook drukpijn in het gebied van het duimzadelgewricht. Een verlies van kracht en een gevoel van instabiliteit in het duimzadelgewricht worden ook vaak vermeld.
Rhizarthrose: oorzaken
De oorzaak van een rhizarthrose blijft in de meeste gevallen onduidelijk. Artsen spreken dan van een primaire artrose. Aangezien artrose van de duim voornamelijk voorkomt bij postmenopauzale vrouwen, kunnen hormonale factoren een rol spelen.
In sommige gevallen kan een duidelijke oorzaak van een “artrose-duim” worden gezien (secundaire artrose). Een rhizarthrosis ontwikkelt zich bijvoorbeeld soms als gevolg van een gebroken bot in het gebied van het duimzadelgewricht: als een dergelijke Rolando-fractuur of Bennet-fractuur slecht geneest, kan het duimzadelgewricht overmatig verslijten. Dan ontstaat een Rhizarthrose.
Zelfs ziekten zoals reumatoïde artritis of mechanische overbelasting kunnen een rhizarthrose veroorzaken.
Rhizarthrose: diagnose
De symptomen die door de patiënt worden beschreven, wekken meestal het vermoeden van de arts van een rhizarthrose op. De arts zal dan het gebied van het duimzadelgewricht onderzoeken en palperen. Bij artrose in het duimzadelgewricht is het gebied gevoelig pijnlijk.
In de volgende stap voert de arts de Grind-test uit: hij grijpt de duim en oefent op een bepaalde manier roterende bewegingen uit in het duimzadelgewricht. Als er pijn is, evenals wrijf- of knarsende geluiden, duidt dit op een rhizarthrose.
De diagnose wordt bevestigd door een röntgenonderzoek: op het röntgenbeeld kunnen typische symptomen van gewrichtsslijtage worden gedetecteerd met een “artrose-duim”. Deze omvatten een vernauwde gewrichtsruimte en dichtheden van het botweefsel onder het gewrichtskraakbeen (subchondrale sclerose).
waarschuwing: De bevindingen van de röntgenfoto zeggen niets over de omvang van de klachten! Soms zijn slechts enkele tekenen van artritis zichtbaar op de röntgenfoto, maar de patiënt heeft nog steeds aanzienlijke pijn. In andere gevallen kunnen duidelijke tekenen van slijtage in het duimzadelgewricht worden gedetecteerd door röntgenfoto, maar de patiënt heeft nauwelijks klachten.
Rhizarthrose: therapie
Eerst probeer je de rhizarthrose te behandelen met conservatieve maatregelen. Als dat niet helpt, kan een operatie worden overwogen.
Rhizarthrose: conservatieve therapie
De arts zal de therapie individueel plannen. Het houdt onder meer rekening met de mate van gewrichtsslijtage en de ernst van de klachten.
Om het zieke duimzadelgewricht te stabiliseren en te verlichten, kan men een spalk dragen in geval van rhizomatose. Er zijn bijvoorbeeld rails van kunststof of metaal. Sommige patiënten dragen ook een leren verband dat de pols en duim omvat.
Pijnstillers uit de groep niet-steroïde anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID’s) worden vaak gegeven tegen de pijn van artritis in het duimzadelgewricht. Het kan lokaal worden gebruikt (bijvoorbeeld als een zalf) of als tablet. Welke pijnstiller het beste is voor elk individueel geval en hoe lang het moet worden gebruikt, wordt door patiënten met hun arts besproken.
In geval van irritatie en ontstekingsprocessen in de artrose-duim, kan de arts een cortison rechtstreeks in het gewricht injecteren. Het heeft een sterk ontstekingsremmend effect, maar wordt slechts voor een korte tijd gegeven.
Daarnaast zijn er andere opties voor conservatieve behandeling van rhizarthrose zoals ergotherapie en elektrotherapie.
Meer over conservatieve therapieën voor gewrichtsslijtage in het artikel Artrose.
Rhizarthrose: chirurgie
In vergevorderde stadia van rhizarthrose helpen conservatieve therapieën soms niet. Dan kan soms slechts één operatie de pijn elimineren en de duim weer functioneel maken.
De arts zal individueel beslissen welke chirurgische procedure het beste is voor een patiënt. In de meeste gevallen wordt een zogenaamde trapeziumresectie met suspensieplastiek uitgevoerd:
De chirurg verwijdert eerst het grote polygoonbot (Os trapezium). In het resulterende defect gebruikt hij een peesstrook van een aangrenzende pees voor stabilisatie. Dit kan bijvoorbeeld de duimstring zijn.
Soms wordt alleen het grote veelhoekige bot verwijderd – zonder aan een peesstrip te hangen. Dan is het een pure trapeziumresectie.
Daarnaast zijn er andere chirurgische procedures die van toepassing zijn op een “artrose-duim”: het duimzadelgewricht kan bijvoorbeeld verstijfd zijn (artrodese). Dit helpt tegen de pijn, maar maakt de duim ook minder mobiel.
Er is ook meer uitgesproken rhizarthrosis de mogelijkheid om een kunstgewricht te gebruiken (endoprothese).
Meer informatie over verschillende chirurgische procedures voor gewrichtsslijtage is te vinden in het artikel Artrose.