Atriale flutter is een hartritmestoornis die meestal voorkomt bij hartaandoeningen of medicamenteuze therapie. De getroffenen lijden aan hartkloppingen, kortademigheid en duizeligheid. Atriale flutter kan in meer dan 95 procent van de gevallen worden genezen. Lees alles over de oorzaak en behandeling van atriumflutter.
Atriale flutter: beschrijving
Atriale flutter is een ritmestoornis die afkomstig is van het rechter atrium van het hart. Bij atriale flutter komt het elektrische signaal van de sinusknoop “van het pad” en vormt het zogenaamde cirkelvormige excitaties in het rechter atrium. Dit stimuleert de atria tot 300 keer per minuut. De elektrische signalen worden ook doorgestuurd naar de hartkamers. In het hartgeleidingssysteem is er echter bescherming (een zogenaamd blok door de AV-knoop) tegen te snelle excitaties. Alleen elk tweede, derde of vierde signaal wordt daadwerkelijk doorgegeven aan de spiercellen van de kamers. Het hart klopt dan tot 150 keer per minuut.
Soms stopt deze blokkering van elektrische excitaties. Vervolgens worden zoveel excitaties naar de ventrikels verzonden dat ze met een snelheid van maximaal 300 per minuut kloppen. De getroffenen raken snel bewusteloos.
Atriale flutter: symptomen
Omdat het hart heel snel klopt in atriumflutter (meer dan 150 keer per minuut), voelen de getroffenen bijna altijd een onaangename hartkloppingen en hartkloppingen. Je voelt je moe, buiten adem en duizelig. Velen voelen een druk op de borst. De aritmie begint meestal plotseling. De polsslag is snel en regelmatig.
Atriale flutter: oorzaken en risicofactoren
Meestal treedt atriumflutter op wanneer het hart wordt verzwakt door hart- en vaatziekten, ontstekingen of hartchirurgie. Zeer zelden kan de atriale flutter optreden zonder een speciale trigger.
Atriale flutter: diagnose en onderzoek
In de meeste gevallen is het voldoende als de arts een zogenaamd elektrocardiogram (ECG) maakt. Via elektroden die op de borst worden geplaatst, worden de hartstromen afgetapt en opgenomen door een recorder. Soms moet het ECG worden geschreven voor een periode van 24 uur of meer om atriale flutter te documenteren.
Afhankelijk van hoe de circulaire opwinding verloopt, is er een typische atriale flutter of atypische atriale flutter. Typische atriale flutter wordt zichtbaar op het ECG door een “zaagtand” beeld van de hartstromen.
Als de atriale flutter niet door een ECG kan worden gediagnosticeerd, kan een zogenaamd elektrofysiologisch onderzoek worden uitgevoerd. Het is vergelijkbaar met een hartkatheterisatie. Hier wordt een elektrodekatheter over een ader naar het hart gebracht. Hij meet de elektrische impulsen direct in het hart. Als atriale flutter tijdens het onderzoek wordt gedetecteerd, kan deze tijdens het onderzoek nog worden behandeld.
Atriale flutter: behandeling
Atriale flutter kan een tijdje worden gestopt door een zogenaamde elektrocardioversie. Deze therapie is vergelijkbaar met defibrillatie tijdens reanimatie. Eerst worden twee zogenaamde elektroden op de borst van de patiënt gelijmd. Nadien de patiënt verdoven. Over de elektroden veroorzaakt de arts een korte elektrische schok door het hart van de patiënt. Door de stroomstoot valt deze meestal terug in het juiste ritme. Alle vitale parameters van de patiënt worden bewaakt. Na cardioversie keert atriale flutter echter meestal na enige tijd terug.
Als de atriale flutter vaker voorkomt, kan zogenaamde katheterablatie de getroffenen genezen. Een elektrodekatheter wordt over de lies in het hart geleid. Door de katheter kan het gebied waar de atriumflutter zich ontwikkelt worden uitgewist. Het genezingspercentage voor deze behandelingsmethode is meer dan 95 procent.
Atriale flutter: ziekteverloop en prognose
In bijna alle gevallen kan de atriale flutter worden genezen door katheterablatie. De prognose is echter vooral afhankelijk van de hartziekte die de atriale flutter veroorzaakte.
De atriale flutter is alleen soms gevaarlijk wanneer de opwinding één op één in de kamers wordt doorgestuurd. Zelden springt atriale flutter na medicatie in een zogenaamde atriale fibrillatie.
Omdat het risico op een beroerte bij atriumflutter toeneemt, moeten de getroffenen vaak bloedverdunnende medicijnen krijgen. Als een ablatie succesvol is geweest, is een bloedverdunnende behandeling inbegrepen atriale flutter meestal niet meer nodig.